Vanmorgenvroeg even na 07:00 uur ging het alarm voor de Helderse opstappers. Er was een zeiljacht in de problemen een mijl of vijf ten westen van Petten. De sleepboot van de Kustwacht, de Guardian, was eveneens onderweg. Buiten stond een hoge zee tot zeker vijf meter en meer en een harde NW-wind.

Het bleek te gaan om een Bavaria 36 met zes Duitse opvarenden. Zij waren onderweg van de Engelse kust naar Texel. Waarschijnlijk waren ze én zeeziek én zwaar vermoeid en tevens door de hoge zee wat in paniek geraakt. Het zeiljacht liep voor de zee en wind weg met een snelheid van 7 knopen.

Toen de reddingboot Joke Dijkstra bij haar arriveerde lagen ze al bijna ter hoogte van Bergen aan Zee. Tevens was de reddingboot van IJmuiden, de Koos van Messel, gealarmeerd en arriveerde even later ook bij het jacht.

Door de wind en de hoge zee was het de beste optie naar IJmuiden te varen. De zee was namelijk zo hoog dat vanaf de Joke Dijkstra soms alleen de antennes van de Koos van Messel waren te zien.

Na enige tijd wist de Koos van Messel toch een opstapper over te zetten op het zeiljacht en zij voeren beiden naar de IJmuidense haven.

De Joke Dijkstra en ook de Guardian voeren hierop weer richting Den Helder. De Helderse opstappers waren rond 10:30 uur weer in de Helderse haven.

Een Pools zeiljacht was afgelopen nacht onderweg van IJmuiden naar Cuxhaven. Een van de drie opvarenden werd echter zeeziek. Hierop besloot men Den Helder aan te lopen, maar halverwege het Schulpengat begaf de motor het echter. Er stond een harde oostenwind en doordat er maar twee man beschikbaar waren was er niet genoeg tijd om het zeil te hijzen. Hierdoor verdaagde het schip op de banken van het Westgat.

Zodoende werden de Helderse opstappers om 05:40 uur uit hun bed getrommeld of beter gezegd gepiept. Reddingboot Joke Dijkstra was snel ter plaatse en een opstapper werd overgezet. Gelukkig lag het zeiljacht tegen de rand van de bank aan en was de vloed ook net doorgekomen. Hierdoor was het eenvoudig om het schip los te trekken. Dat werd wel omzichtig gedaan, want de zeilboot was geheel van hout.

Meteen na het loskomen checkte de Helderse opstapper aan boord van het jacht of er misschien lekkage was. Dat was gelukkig niet zo en vervolgens werd het jacht naar de Helderse haven gesleept.

Vanmorgen ging om 06:30 uur het alarm af voor de mannen van de Helderse reddingboot. Weer een garnalenkotter met een net in de schroef. Alleen zat deze kotter in het Molengat en bijna op het strand.

Toen reddingboot Joke Dijkstra bij de kotter arriveerde was de situatie best wel zorgelijk. Er stond door de vrij krachtige westenwind nogal wat zee en de kotter was nog maar 50 meter van het strand verwijderd. Gelukkig lag de kotter gunstig ten opzichte van de zich onder water bevinden Duitse bunkers. Het net was echter behoorlijk beschadigd.

Besloten werd om zo snel mogelijk een sleeptros aan het achterschip te bevestigen en het schip achteruit de geul van het Molengat in te trekken. Dit ging gelukkig vlot.

Vervolgens is de kotter achteruit door het Molengat naar de Rede gesleept. Daar was een collegavisser bereid het schip over te nemen aan naar Den Oever te slepen.

Om 08:30 uur waren de Helderse redders weer terug op het station.

Vanmorgenvroeg om 03:30 uur ging het alarm voor de Helderse opstappers, prio 2 vaartuig met schroefproblemen. Het bleek te gaan om een garnalenkotter die zijn eigen net in de schroef had gekregen.

Het schip zat op een lastige plek, ten oosten van het Malzwin, achter de mosselpercelen. De percelen waren in het donker bijna niet te zien, maar gelukkig bracht de radar uitkomst. Voorzichtig werd hier omheen gevaren en werd de kotter genaderd.

Vervolgens werd zij op sleeptouw genomen en naar een kade bij de Helderse visafslag gebracht. Om 05:30 uur waren de mannen weer terug op station en konden sommigen nog een uurtje liggen, terwijl anderen zich alweer moesten voorbereiden voor het dagelijks werk.

De kotter voer 's middags weer uit, bevrijd van zijn net.