‘Wij bereiken plekken waar een ambulance niet kan komen’

‘Wij bereiken plekken waar een ambulance niet kan komen’

‘WIJ BEREIKEN PLEKKEN WAAR EEN AMBULANCE NIET KAN KOMEN’

VEEL MENSEN KENNEN DE REDDINGBOTEN VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE REDDING MAATSCHAPPIJ (KNRM) WEL. MAAR WIST JE DAT ZE OOK SPECIALE VOERTUIGEN HEBBEN VOOR HULP IN DUIN EN BOS? ZO OOK OP TEXEL, WAAR KNRM’ER JAKOBUS STAAL CHAUFFEUR IS VAN HET KUSTHULPVERLENINGSVOERTUIG (KHV).

Jakobus: ‘Een ruiterpad, het Noordzeestrand of een afgelegen duingebied, met ons KHV bereiken we plekken waar de ambulance niet kan komen. In de terreinwagen zitten AED- en EHBO koffers en er is ruimte voor een brancard en ambulancepersoneel. Zodra op Texel de ambulance een melding krijgt, wordt meteen bepaald of de inzet van het KHV nodig is.’

Ga voorbereid op pad 

Van een onwel geworden zwemmer, een gewonde wandelaar tot een vermist kind op een zomerse stranddag. Zo’n twintig keer per jaar rukt het KHV uit op Texel. ‘Doordat wij met ons voertuig snel bij een slachtoffer zijn, maken we echt het verschil. Ook kennen we alle hoeken en gaten van het eiland. Vaak hebben slachtoffers geen flauw idee waar ze zijn. Wij vragen wat ze op dat moment om zich heen zien of waar ze langs liepen. En dan weten we vaak wel genoeg.’ 

Jakobus geeft dan ook graag de tip om voorbereid op pad te gaan. ‘Weet waar je fietst, wandelt of zwemt. Als je alleen gaat, laat dit iemand weten. En vergis je niet in afstanden, want die kunnen soms best tegenvallen.’ 

 

Vrijwilligers 

Jakobus en zijn KNRM-collega’s doen het reddingwerk naast hun gewone baan. “Het is onze hobby, maar wel een heel bijzondere. Je kunt echt wat betekenen voor een ander. We mogen werken met professioneel materieel én krijgen er een hoop kameraadschap voor terug.”

Hoe lanceer je een reddingboot?

Hoe lanceer je een reddingboot?

Hoe lanceer je een reddingboot?

Het rijdende reddingstation Op plaatsen langs de kust, waar geen haven is, heeft de KNRM reddingboten gestationeerd die met een lanceervoertuig worden gelanceerd. Met deze trekkerbootwagencombinatie kunnen reddingboten ook bij slecht weer worden ingezet voor reddingen. Zo werkt het!
 
  1. Reddingboot en lanceervoertuig staan gereed in boothuizen. De boot staat op de grond, de bootwagen staat er omheen. Hydraulische stempels kunnen de boot van de grond tillen om te worden vervoerd. 
  2. Bij alarm tilt de chauffeur van het lanceervoertuig de reddingboot op en rijdt vooruit het boothuis uit naar het strand. Op het strand maakt de hele combinatie een draai om achteruit de zee in te rijden. De boot staat dan met de steven naar zee gericht. 
  3. De chauffeur tilt met het lanceervoertuig de reddingboot in de hoogste stand, zodat de boot vrij blijft van de golven. De waterdichte trekker kan de hele combinatie tot 2 meter diep het water in rijden, totdat er voldoende diepte is om de boot te lanceren. 
  4. Op het sein van de schipper laat de trekkerchauffeur de boot razendsnel in het water zakken. De boot ligt vrij van de stempels en kan zee kiezen. De timing luistert nauw. Bij slecht weer kiest de schipper het juiste lanceermoment tussen twee brandinggolven. 
  5. Bij terugkeer vaart de reddingboot het strand op. De chauffeur rijdt met de bootwagen om de boot heen, tilt de reddingboot op en kan in 5 minuten weer gereedstaan voor een lancering.
Zeemanshoop - Waarom heten reddingboten zoals ze heten?

Zeemanshoop - Waarom heten reddingboten zoals ze heten?

De Duitse bezetter gaf reddingboten gedurende de oorlog toestemming uit te varen. Onder Rode Kruis vlag en met de eis dat de redders ook Duitse vliegers uit zee zouden redden. Dit redden zonder aanzien des persoons was een statutair uitgangspunt van de Redding Maatschappij, dus werd er in de oorlog doorgevaren. Zo ook vanuit Scheveningen. Vlak voor de bevrijding verliet de reddingboot Zeemanshoop de Scheveningse haven, met aan boord een groep Joodse landgenoten. Deze groep werd in Engeland veilig aan land gebracht. Aan het eind van de 20e eeuw, ongeveer 50 jaar na de Tweede Wereldoorlog meldde zich bij de KNRM een Joodse meneer en mevrouw. Het waren broer en zus Belinfante. Zij wilden de KNRM een reddingboot schenken. Met één voorwaarde: De nieuwe reddingboot moest dezelfde naam krijgen als de boot waarmee zij en 28 anderen in de oorlog een veilige oversteek maakten naar Engeland, de vrijheid tegemoet. In het jaar 2000 werd in Breskens de reddingboot Zeemanshoop gedoopt en in gebruik genomen. De reddingboot Zeemanshoop vaart jaarlijks enkele tientallen keren uit. Voor pleziervaarders, maar ook voor beroepsmatige zeelieden, aangezien Breskens in de aanloop ligt naar de Antwerpse haven.

Valerie Struis - Waarom heten reddingboten zoals ze heten?

Valerie Struis - Waarom heten reddingboten zoals ze heten?

‘Het ging ons oprecht niet om het geld’, benadrukt Dennis Struis met klem. Thuis bij zijn broer Mark en omringd door de blij spelende, eenjarige Valerie vertellen de broers hun memorabele familieverhaal. ‘Ons hele leven hebben wij de scherven van pa opgeruimd. De KNRM heeft ons op een geweldige manier in de gelegenheid gesteld dat ook na zijn dood te doen. De menselijke aanpak van de Redding Maatschappij heeft ons enorm goed gedaan.’

De broers vertellen opgewekt hun verhaal. Er klinkt zelfs trots door in hun verhaal. ‘We hebben altijd een bijzondere band gehad met pa,’ stelt Dennis. Al moet gezegd dat “bijzonder” in hun geval meerdere gezichten kende. Toen Dennis en Mark op jonge leeftijd hun moeder verloren, groeiden zij op met vader Dirk, die manisch depressief was. ‘Een leven met hoge pieken en diepe dalen,’ memoreert Mark. De extreme wisselvalligheid betekende mooie vakanties en volop gezelligheid, maar ook geregeld een spoor van destructiviteit. ‘Pa heeft ongewild heel wat brokken gemaakt en schade veroorzaakt,’ aldus Dennis, die al zittend op de vloer met zijn nichtje Valerie speelt. De intense band is zichtbaar. ‘Schade die vaak door ons moest worden hersteld. Te meer daar het bijkans onmogelijk bleek schade te voorkomen. Onze vader had zichzelf simpelweg niet in de hand.’

 

Frans Hogewind - Waarom heten reddingboten zoals ze heten?

Frans Hogewind - Waarom heten reddingboten zoals ze heten?

Ik doop u Frans Hogewind en wens u en uw bemanning een behouden vaart! Met die beroemde woorden doopte mevrouw J.J. Hogewind – de Nijs op 11 januari 2003 de reddingboot Frans Hogewind. Al bij de eerste actie was de reddingboot levensreddend. De Frans Hogewind werd gestationeerd op Paal 8 (Terschelling). De bouw werd bekostigd uit een schenking van mevrouw J.J. Hogewind – de Nijs. Conform haar verzoek werd de reddingboot vernoemd naar haar overleden echtgenoot, Frans Hogewind. De doopplechtigheid werd een feestelijke dag in het bijzijn van familie en vrienden van mevrouw Hogewind. Masttopje Niet veel later werd de reddingboot voor het eerst gealarmeerd. De kapitein van de veerboot Oost-Vlieland had in het vaarwater tussen Terschelling en Harlingen een masttopje van een gezonken jacht gezien, maar ontwaarde geen bemanning. De reddingboten Arie Visser (West-Terschelling), Frans Hogewind (Terschelling – Paal 8), Poon (Terschelling – Paal 8), Graaf van Bylandt (Vlieland), Abt (Harlingen) en Wiecher en Jap Visser-Politiek (Harlingen) spoedden zich direct naar de opgegeven positie. Zware windstoten Nog voordat de gecoördineerde zoekactie werd gestart, vond de bemanning van de Frans Hogewind twee drenkelingen. Beiden werden aan boord genomen. Daar vertelden zij dat zij de enige opvarenden van het gezonken jacht waren. De twee waren onderkoeld en werden om die reden in Harlingen overgegeven aan gereedstaande ambulances. Later vertelden de geredden dat ze verrast werden door een bui met zware windstoten (10 Bft.). Hun scheepje sloeg om en zonk meteen. Mooi Hoe mooi was het vervolgens voor toenmalig KNRM-directeur Sip Wiebenga om met mevrouw Hogewind niet alleen terug te kijken op een mooie doopdag, maar dat hij de schenkster tevens kon melden dat ‘haar’ Frans Hogewind de eerste mensen het leven had gered…

Mis de boot niet!
Schrijf je nu in voor de KNRM nieuwsbrief

Maandelijks houden we je op de hoogte van alle nieuwtjes, evenementen en bijzondere acties van de KNRM en onze reddingstations. Je kunt je op ieder moment weer afmelden. 

© 2022 Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij