Op bezoek bij het Kustwachtcentrum

Op bezoek bij het Kustwachtcentrum

In het april nummer van het donateursmagazine De Reddingboot gaan we naar Den Helder. Daar spreken we Hilde Kertész (54) die al 20 jaar als watch officer werkt bij het Communicatie Coördinatie Centrum (CCC) van de Kustwacht. Een kijkje in de keuken bij een van de ketenpartners van de KNRM.

Wij zijn de spin in het web voor alle zeevaart

Ik kijk mijn ogen uit als ik de Nieuwe Haven, het haventerrein van de Koninklijke Marine in Den Helder, oprij. Als ik de laatste bocht neem richting het Kustwachtcentrum doemt een reusachtig grijs marineschip op. Een indrukwekkende aanblik voor iemand die nooit dichter bij dit soort schepen is geweest dan bij een spelletje Zeeslag. Het is de zoveelste winderige dag. Maar niet zo stormachtig als tijdens stormen Ciara, Dennis en Ellen die onlangs voorbij raasden. Het is daarom een redelijk rustige dag in het CCC. Hier houden 24 uur per dag drie watch officers, een duty officer (‘onze chef ’) en een handhaver van de douane, de politie, de marechaussee of de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit alles in de gaten wat zich op, in en boven het water bevindt.

Kertész: “Wij zijn de spin in het web voor alle zeevaart. Wij horen het als eerste als er iets mis is. Dan begint de uitdaging om erachter te komen wat er aan de hand is en hulpverlening te starten.” Coastguard zero one’, klinkt het in het CCC. Kertész kijkt op de drie computerschermen van haar werkstation, terwijl haar collega watch officer het kustwachtvliegtuig dat zich meldt via VHF-kanaal 16 antwoordt. “Dagelijks vliegt een van de twee vliegtuigen van de Kustwacht een patrouille boven de Noordzee”, legt Kertész uit. “Eens in de zoveel tijd meldt de luchtwaarnemer zich bij ons, zodat wij weten dat alles goed gaat. De meeste mensen kennen de Kustwacht vooral van Search and Rescue (SAR) operaties, maar we doen veel meer. SAR maakt onderdeel uit van onze dienstverlenende taken; het helpen van mensen op zee. Daarnaast houden we ons bezig met toezicht en handhaving om de zee veilig en schoon te houden. De handhaver in ons team controleert samen met onze vliegtuigen en (patrouille)schepen op onder meer vaar- en milieuregels. Zij voeren dagelijks controles uit, zoals visserij-inspecties, doorvaart in windmolenparken en het opsporen van milieuverontreiniging.”

Vaarreglementen

Kertész ziet op een van de schermen dat het vliegtuig zich nu ter hoogte van Harlingen bevindt. Op een elektronische zeekaart zien we daarnaast al het vaarverkeer met een automatisch identificatiesysteem (AIS) op de Nederlandse wateren en daarbuiten. De schepen zijn in verschillende gekleurde streepjes weergegeven. Als een schip zich niet aan de vaarreglementen houdt, is dat meteen te zien en kan contact gezocht worden. Met één muisklik op een blauw streepje zien we onder meer het vertrek- en aankomstpunt van het schip, hoeveel knopen hij vaart en de coördinaten waar hij zich bevindt. “Ook kunnen we de gehele vaargeschiedenis terugzoeken”, zegt Kertész, terwijl er een lange rode streep achter de Neeltje Catharina verschijnt die haar vaarweg markeert. “Als wij ergens een oliespoor vinden, kunnen wij proberen om onder andere op deze manier te traceren welk schip het moet zijn geweest. De Noordzee is een van de schoonste zeeën ter wereld. Ik durf wel te zeggen dat dit komt door hoe wij handhaven.”

Lummetje

De Kustwachtvliegtuigen assisteren ook bij reddingsoperaties. Zoals eind november vorig jaar toen garnalenkotter Lummetje met twee Urker vissers aan boord vermist raakte. Kertész had dienst op het moment dat het noodsignaal binnenkwam via het zogeheten EPIRB-alarmsysteem. Dit noodbaken op een schip, zendt automatisch signalen uit als een schip zinkt of kapseist. “Het was verschrikkelijk slecht weer en we konden geen contact maken met het schip. Het noodbaken bleef maar zenden. In zo’n situatie ga je uit van het slechtste scenario en zet je alles in wat mogelijk en logisch is. Wij zetten in eerste instantie meerdere eenheden van de KNRM in en onze SAR-helikopter. Ook waren er veel vissersboten in de buurt die ik heb opgeroepen om mee te zoeken.”

Terwijl Kertész de eenheden alarmeert maakt een collega een zoekgebied, zodat de redders zodra ze ter plaatse zijn weten wat ze moeten doen. Dit gebied wordt bepaald met onder meer de coördinaten van de laatste locatie van de garnalenkotter en de wind- en stroomgegevens. Via de marifoon vertellen Hilde en haar collega’s steeds opnieuw aan de verschillende eenheden waar ze moeten zoeken en wat ze moeten doen. “Door mijn jarenlange ervaring op zee kan ik mij goed inleven in de situatie aan boord. De hectiek die zij ervaren midden in de storm, terwijl ik veilig achter mijn werkstation zit. Ik probeer een baken van rust te zijn voor de redders aan boord.”

Kustwachtcentrum

Die ochtend werd al snel groot opgeschaald. Meerdere helikopters, een vliegtuig en het Kustwachtschip de Guardian komen in actie. Op het Kustwachtcentrum formeert zich een operationeel team. Dit team staat in contact met onder meer de Veiligheidsregio Flevoland. “Op een gegeven moment vonden ze een reddingsvlot. Vol spanning wachten we op bericht of er iemand in zat. De teleurstelling was dan ook groot toen deze leeg bleek te zijn. ‘Het zal toch niet zo zijn dat we ze niet vinden?’, gaat er op zo’n moment door je heen. Maar ik laat dat mijn werk niet beïnvloeden. Het enige wat telt is blijven zoeken. Er is geen tijd voor koffie, geen tijd voor het toilet. Na zo’n dienst moet ik echt even uitwaaien en mijn hoofd leeg maken. Eigenlijk wil je je plek niet verlaten totdat ze gevonden zijn, maar zo werkt dat niet. Uiteindelijk zijn er drie ploegen mee bezig geweest.”

Kertész had tot haar negentiende niets met boten. Tot ze 35 jaar geleden via een arbeidsbureau terecht kwam bij Scheveningen Radio. Een kuststation dat via de radio contact onderhield met schepen. Sindsdien heeft ze alleen nog op of met schepen gewerkt. Waarvan 20 jaar in het CCC. Dit is de plek waar alles samenkomt. Letterlijk en figuurlijk. Deze middag komt een bemanningslid van de Visarend, een van de schepen van de Kustwacht, binnen voor een ‘bakkie’ en een praatje. Kertész: “Alles wat vaart en vliegt voor de Kustwacht en KNRM zie ik als mijn collega’s. Onze mensen. Daar draag ik verantwoordelijkheid voor. Daarom ken ik elke reddingboot van de KNRM. Ik weet precies welke boot ik wanneer kan inzetten. Een kleine open reddingboot stuur je niet de zee op als er 5 meter hoge golven zijn. Het is belangrijk logisch te blijven nadenken, ook in een noodsituatie. Je wilt niet dat de redders zelf in de problemen komen.”

Risico's

Vooral tijdens stormachtig weer is dit belangrijke kennis. Tijdens de recente stormen kreeg het CCC veel telefoontjes binnen over kitesurfers in de problemen. “Voor mensen aan de kant lijkt dit al snel zo. Daarom probeer ik eerst een schets in mijn hoofd te maken van wat er aan de hand is door veel vragen te stellen. Vervolgens kijk ik welk KNRM-station het dichtstbij is met eventueel een kusthulpverleningsvoertuig. Daarnaast kijk ik of de Reddingsbrigade aanwezig is die vanaf het strand een redding zouden kunnen uitvoeren met een waterscooter. Vaak blijkt er met de kitesurfer niets aan de hand te zijn.

Maar voor ons is elke melding echt. Je kunt geen risico’s nemen.” De zomer is dan ook een drukke tijd voor het CCC en de KNRM. Het is weleens voorgekomen dat op een dag 150 oproepen binnenkwamen. Vooral van de pleziervaart. “Zij gaan vaak onvoorbereid het water op. Zonder waterkaart, zonder gps, zonder oliefilters te vervangen. Zo stranden veel bootjes. Als ze aanroepen per VHF, hoor ik ze allemaal door elkaar heen praten. Ik moet dan proberen de prioriteiten eruit te filteren. Dit vraagt zoveel van je dat we in de zomer geen diensten van 8 uur draaien op het noodspoed-en veiligheidskanaal, maar 2,5 uur. Ik zou mensen die ons aanroepen via VHF willen verzoeken eerst goed uit te luisteren voordat ze beginnen te praten. We spreken een schip met de scheepsnaam aan. We kunnen natuurlijk niet iedereen tegelijk te woord staan.”

Adviseren

“Wordt het zulk slecht weer?”, roept Kertész tegen haar collega’s als ze het meteo-bericht checkt. Er worden op zee over een paar uur golven van ruim 5,5 meter hoog verwacht. Dat betekent dat de watch officers actie moeten ondernemen. Na het ongeluk in januari 2019 met het containerschip MSC Zoe dat ruim 340 containers verloor boven de Waddeneilanden, is een advies ingesteld om dit een volgende keer te voorkomen. Kertész: “Grote zeeschepen van meer dan 300 meter lang en 40 meter breed die boven de eilanden varen, moeten wij sindsdien oproepen en adviseren om de diepwaterroute te nemen bij een golfhoogte van 5 meter of meer.” Kertész gaat direct aan de slag en zoekt meteen contact met een containerschip met een lengte van 398 meter dat richting Hamburg vaart. “Captain, we strongly advise you to use the deepwater route, instead of the TSS German-Bight. Over.”

Tekst: Anne-Fleur Pel

Mis de boot niet!
Schrijf je nu in voor de KNRM nieuwsbrief

Maandelijks houden we je op de hoogte van alle nieuwtjes, evenementen en bijzondere acties van de KNRM en onze reddingstations. Je kunt je op ieder moment weer afmelden. 

© 2022 Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij