Net als de meeste andere reddingboten van de KNRM is de Annie Poulisse geschonken en in dit geval vernoemd naar haar Zandvoortse weldoener. Het door haar aan de KNRM nagelaten geld was bestemd voor het reddingstation Zandvoort. Dat is dan ook de thuishaven van de reddingboot.  

De Annie Poulisse werd op 28 januari 1995 gedoopt door mevrouw M. van Munster van Heuven-Sprenger van Eijck, echtgenote van de toenmalige voorzitter van de KNRM. 

De reddingboot is 24 uur per dag, 7 dagen per week paraat. Er wordt in principe altijd gevaren. Alleen als de weersomstandigheden zo slecht zijn dat een lancering van de reddingboot niet verantwoord wordt geacht, zal de boot niet vertrekken. In zo’n geval wordt de actie overgelaten aan de grotere ‘all weather’ reddingboot van IJmuiden. Op open zee echter heeft dit type reddingboot bewezen de slechts denkbare weersomstandigheden goed aan te kunnen. De “Annie Poulisse” is een zogeheten RIB (Rigid Inflatable Boat). De boot is gebouwd van aluminium en heeft rondom een grote opblaasbare band. Deze ‘tube’ dient als extra stabiliteit en drijfvermogen en doet dienst als stootrand bij langszij komen bij andere schepen.

De boot is zelfrichtend te noemen. Bij eventueel kapseizen in slecht weer zal de boot hoogstwaarschijnlijk uit zichzelf weer oprichten. Blijft de boot onverhoopt omgekeerd liggen dan wordt onder water de kantelzak opgeblazen. Deze ‘luchtzak’ is op het dak van het stuurhuis geplaatst en dwingt in opgeblazen toestand de boot weer overeind te komen.
Gevaren wordt met minimaal vier bemanningsleden: een schipper, motordrijver en twee opstappers. Zij zitten tijdens de reis op in totaal drie geveerde zadels. Het bemanningslid rechts naast de schipper bedient de radioapparatuur; het bemanningslid links van de schipper is voor de radar en plotter. Het vierde bemanningslid zit achter de schipper. De reddingboot biedt ruimte aan 50 geredden.

De Annie Poulisse is uitgerust met een groot aantal redding- en hulpmiddelen. Zoals bijvoorbeeld een brancard, bergings- en bluspomp. Op het achterdek is een beting geplaatst voor het slepen en vlottrekken van schepen. Opzij van de boot zijn netten bevestigd voor het aan boord halen van drenkelingen. Via een ‘rescueramp’ aan de achterzijde van de boot kunnen drenkelingen ook aan boord komen. De rescueramp is qua vorm vergelijkbaar met een noodglijbaan van een vliegtuig.