Een zeesleepdrama boven Terschelling
De midzomerstorm met noord-noord- westenwind kracht negen tot tien kwam voor de bemanning van de zeesleper Wotan bijzonder ongelegen. De Wotan, afkomstig uit Hamburg en in die tijd een van de sterkste slepers ter wereld, had tot dan toe als de Germaanse god over zee, wind en golven geregeerd en leek onverwoestbaar. Op 6 juli 1990 was de sleepboot onderweg van Bremer-haven richting Algerije met als sleep een nieuw dok van 15.000 ton zwaar en 190 meter lang.
In de venijnige, korte steile zee, die als een steigerend paard tekeerging, was in deze stormnacht boven Ameland en Terschelling de sleep-verbinding verbroken. Bij het aanbrengen van de nieuwe sleepkabel maakte de Wotan een onverwachte schuiver en belandde tegen een scherpe punt van de sleep. De Wotan werd geraakt tussen hoofdmachinekamer en roermachinekamer en maakte water. Ze was verstandig gebouwd met waterdichte compartimenten. Toch maakte ze plotseling veel meer water dan gedacht. Kapitein Gerhard Bell besloot bij het opkomende daglicht assistentie te vragen. Zowel via Kustwacht Brandaris op Terschelling als via Kustwacht Ameland werd de mayday van de Wotan onmiddellijk beantwoord. Op Terschelling vertrok schipper Anne Ruygh met de Carlot uit de haven van West en koos richting Noordzee via de korte route het Noordgat. Vuurtorenwachter Jacob Bakker had op Ameland de bemanning van de Johannes Frederik opgeroepen, die vanuit de Ballumer Bocht zee koos om 06.37 uur. Aan boord bevonden zich schipper Bertus Bruin, machinist Klaas Sinnema en de opstappers Theo Nobel, Klaas Theo Akkerman en Eduard Visser. Schipper Bruin was befaamd, van hem werd gezegd dat hij aan het zeewater kon zien op welke positie hij zich bevond. Ook de reddingboten kregen in de zeegaten te maken met de steigerende, steile zee. De Johannes Frederik kwam om 07.40 uur als eerste langszij van het droogdok en maakte via marifoonkanaal 16 contact. De bemanning gaf aan niet van boord te willen. Onmiddellijk meldde zich ook de Wotan via kanaal 16 met de boodschap: ‘zijn zinkende’.
Klaas Sinnema beschrijft in zijn reisverslag: “Zo snel mogelijk vervolgde de Johannes Frederik de koers naar de Wotan, die we als object op de radar konden waarnemen. De Wotan reageerde echter niet meer op onze vervolgoproep. Om 07.55 uur naderden we de sleepboot. Geconstateerd werd dat de Wotan half onder water was verdwenen. We maakten twee inspectierondes om het schip en zagen dat ze in de lengterichting ongeveer 40 graden achterover helde en over bakboord 45 tot 75 graden slagzij maakte. De bemanning zat op het hekwerk aan stuurboord, zo’n tien meter boven water. Boven het schip cirkelde een marinehelikopter, die al bezig was bemanningsleden naar boven te hijsen. We moesten constateren dat we onmogelijk bij de Wotan langszij konden komen. Met de noord-noordwester storm zou de Johannes Frederik aan stuurboord onmiddellijk op het zinkende schip worden gezet, aan bakboord sloegen de masten en het stuurhuis al op het water. Bovendien veranderde de situatie van de Wotan dramatisch snel, na vijf minuten was de boeg nog slechts vijf meter boven water.”
Opstapper Theo Nobel: “Met handgebaren maakten we duidelijk aan de bemanning: spring maar. En inderdaad, de bemanning wachtte niet langer af. Achteraf bleek dat de helikopter inmiddels zes man aan boord had kunnen hijsen, de overige tien sprongen in het water.” Klaas Sinnema in zijn verslag: “We zijn gelijk begonnen met het opvissen van de mannen door middel van het toegooien van touwwerk en het aan boord halen via het net en de trap. We haalden acht man uit het water, maar hadden daarbij veel last van de downwash, de neerwaartse wind van de heli, die ook nog twee personen uit het water viste. Om 08.15 uur waren alle drenkelingen uit het water. Wij hadden acht bemanningsleden aan boord, de andere acht waren gered door de helikopter. We hebben gecheckt: dit was de voltallige bemanning. Dit hebben we gemeld aan het Kustwachtcentrum en vervolgens voeren we terug naar het reddingstation.”
Opstapper Theo Nobel, later beroepsschipper op de Johannes Frederik en haar opvolger Anna Margaretha: “In de hectiek van het aan boord helpen van de bemanning misten we dat de Wotan zonk. Op de terugweg hadden we de zee achterin, we zijn met een snelheid van dertig knopen naar binnen gestoomd en naar de Ballumerbocht gevaren. Daar is de bemanning van andere kleding voorzien en konden ze op temperatuur komen. In de Lions’ Bar, bij Klaas Theo Akkerman, hebben we met elkaar als geredden en redders warm gegeten en zijn de mannen op de boot naar Holwerd gebracht. Het was een mooie redding. Het was ook een overwinning voor ons schip de Johannes Frederik. Deze fast-rescueboat, van het Medina-type rubberboot met vaste bodem, had laten zien waartoe ze in staat is, en vooral in welke snelheid ze inzetbaar was in verhouding tot de toen reguliere reddingboot Carlot. Die kwam bij de snel zinkende Wotan te laat. Daarmee steeg de waardering voor het nieuwe type boten. Het was één van mijn mooiste acties, die je iedere KNRM’er zou gunnen: alles ging goed, we hebben iedereen kunnen redden Dat verandert je motivatie. Zo’n actie met alleen maar geredden maakt dat je nooit meer weggaat bij een organisatie als de KNRM.”
Het boekje De sterke verhalen van Ameland brengt op levendige wijze de unieke historie en karakteristieke verhalen van het eiland tot leven. Met aansprekende anekdotes en kleurrijke beschrijvingen biedt het een inkijkje in de rijke maritieme tradities, bijzondere gebeurtenissen en de sterke gemeenschapszin van Ameland. Het is een waardevolle verzameling verhalen die niet alleen de eilandcultuur eert, maar ook de band met de KNRM en haar inzet voor veiligheid op zee onderstreept.
Deel dit bericht
Gerelateerde blogs
Word donateur
Dit betekent je donatie voor de knrm
De KNRM is een goed doel. We ontvangen geen subsidie van de overheid. Jouw bijdrage kan echt het verschil maken.
Dankzij jouw bijdrage leiden we vrijwilligers op, bouwen en onderhouden we reddingboten en zorgen we dat onze redders onder alle omstandigheden veilig en goed uitgerust uitvaren.
Met jouw steun redden wij levens.