De Johannes Frederik klasse is sinds 1988 indienst en werd in de jaren zeventig van de vorige eeuw ontwikkeld ter vervanging van de oude havenreddingboten van de Carlotklasse en de Koningin Julianaklasse. Deze 50 ton zware stalen reddingboten hadden tientallen jaren bewezen onder alle omstandigheden te kunnen uitvaren, maar kenden in hun geringe snelheid (11 knopen) een belangrijke beperking.
De Johannes Frederik was aanvankelijk ontworpen als verbeterde versie van de reddingboot Koningin Beatrix (1984) om ook vanaf het strand te kunnen worden gelanceerd, maar daarvoor bleek het schip te groot en te zwaar. De Johannes Frederik werd gebouwd van aluminium en uitgerust met waterjets, waardoor ze lichter en sneller was dan haar voorgangers en daarmee minder diep in het water lag.
De reddingboot werd in samenwerking met het Bureau voor Scheepvaart, Willem de Vries Lentsch, ontworpen en vervolgens bij de firma Aluboot in Hindeloopen gebouwd. Die is gespecialiseerd in het bouwen volgens hoge kwalificaties.
Het meest opvallend aan deze Rigid Inflatable Boat (RIB's) is de grote tube die helemaal om de boot loopt en het schip het aanzien van een grote rubberboot geeft. In werkelijkheid is er sprake van een 'gewoon' aluminium schip met een rondom aangebrachte kunststof buis van 1 mm dik en een 10 cm dikke schuimlaag.
Deze tube geeft de boot rondom extra drijfvermogen, waardoor de stabiliteit groot is en de kans op kapseizen gering. Wanneer dit toch gebeurt, is de boot zelfrichtend. Dat betekent dat het schip spontaan weer overeind komt. Van grote invloed daarbij is het gesloten stuurhuis, dat als een enorme luchtbel werkt.
De reddingboot had oorspronkelijk twee Deutz luchtgekoelde motoren en KaMeWa-waterjets, maar na technische problemen is gekozen voor twee MAN-dieselmotoren van elk 680 pk, gekoppeld aan twee Hamilton waterjets. Het voordeel van waterjets is dat zich geen uitstekende delen, zoals draaiende schroeven, onder de romp bevinden. De snelheid van ruim 30 knopen stelt deze klasse in staat om op zee de achteropkomende golven - die bij windkracht 10 een snelheid van ongeveer 25 knopen hebben - voor te blijven. Als de boot langzamer zou zijn, bestaat de kans op surfen, waardoor de boot onbestuurbaar wordt.
Na de bouw van de reddingboot 'Christien' (1993) werd de romp van de volgende reddingboten aangepast en tevens verlengd. Daardoor is het vaargedrag van de boten vriendelijker. Ook werden grotere brandstoftanks aangebracht. Er zijn 7 schepen van deze klasse gebouwd.
Maandelijks houden we je op de hoogte van alle nieuwtjes, evenementen en bijzondere acties van de KNRM en onze reddingstations. Je kunt je op ieder moment weer afmelden.
De Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij helpt en redt mensen in nood op het water. De redders en reddingboten komen in actie na een alarmering. De KNRM heeft 45 reddingstations langs de kust. De 75 reddingboten worden bemand door 1.500 vrijwilligers. De KNRM komt meer dan 2.500 keer per jaar in actie voor noodmeldingen waarbij ruim 4.000 mensen worden geholpen of gered.
© 2024 Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij