Radarreflector stopt jacht
Op dinsdagmiddag passeert een zeiljacht op de motor de Moerdijkbruggen. Aan deze bruggen zitten iets onder doorvaarthoogte aan beide zijden radarreflectoren gemonteerd. Door wind en stroming verdaagt het jacht met zijn verstaging tegen de radarreflector en kan niet meer voor of achteruit. De stroming en de wind doen de rest en de schipper kan niet anders dan hulp inroepen om uit zijn benarde positie te komen.
Zowel Rijkswaterstaat als de reddingboot KBW 1910 van KNRM-reddingstation Dordrecht-Zuid spoeden zich naar de Moerdijkbruggen.
Ter plaatse zorgt de RWS 851 voor een veilige werkomgeving voor de redders op de KBW 1910 door de scheepvaart rond de Moerdijkbruggen tot rust te manen.
Vanaf de KBW 1910 wordt een opstapper overgezet en samen met de schipper van het onfortuinlijke jacht wordt een plan gemaakt om de masttop weer vrij te krijgen van de radarreflector.
Er wordt een sleepverbinding gemaakt met de KBW 1910 en door voorzichtig heen en weer, voorwaarts en achterwaarts, opzij en weer vooruit te manoeuvreren komt het jacht weer los van de brug.
Na controle blijkt er geen schade aan het jacht te zijn.
De gegevens van schipper en jacht worden opgenomen en de KBW 1910 keert terug naar haar boothuis waar ze halverwege de middag weer gereed ligt voor een volgende inzet.
